Hoe goed ken jij het échte Bijbelse verhaal over de geboorte van Jezus. Het klassieke kerstverhaal is simpel: het is hartje winter, Jozef helpt de hoogzwangere Maria op een ezel en ze gaan naar Betlehem. Gelukkig vinden ze nog ergens een stal, waar Maria die nacht nog bevalt: Jezus is geboren!
Daar ligt Hij, tussen de os en de ezel en nog een aantal dieren. Een groep herders komt langs (met nog meer dieren) en dan ook nog drie koningen op kamelen (en daarmee is de stal echt vol).
Klaar voor de kerstquiz? Lees misschien eerst even het kerstverhaal bij Lucas. ( lc.2,1-20 ) Het kerstverhaal gaat nét even anders in de Bijbel. Weet jij hoe het zit? Doe de kerstquiz en stuur je antwoorden op met het formulier onder de quiz.
Vraag 1: In welk seizoen werd Jezus geboren?
A. lente
B. zomer
C. herfst
D. winter
E. onbekend
Vraag 2: Hoe reisde Maria naar Bethlehem?
A. Jozef droeg haar
B. ze liep zelf
C. ze zat op een ezel
D. gedragen door engelen
E. Onbekend
Vraag 3: Waarom vonden ze geen plek?
A. alle herbergen zaten vol
B. er was te veel familie van Jozef
C. Herodes jaagde ze op
D. onbekend
Vraag 4: Waar werd Jezus geboren?
A. in een huis
B. in een stal
C. in een kribbe
D. in een grot
E. onbekend
Vraag 5: Hoeveel wijzen uit het oosten waren er?
A. twee
B. drie
C. vier
D. vijf
E. onbekend
Vraag 6: Hoe reisden de wijzen uit het oosten?
A. te voet
B. te paard
C. te kameel
D. onbekend
Vraag 7: Wat was het beroep van de wijzen uit het oosten?
A. astroloog
B. koning
C. wijsgeer
D. onbekend
Vraag 8: Wie kwam er op kraambezoek die eerste nacht?
A. niemand
B. de herders
C. de wijzen uit het oosten
D. de herders én de wijzen uit het oosten
E. onbekend
Daar ligt Hij, tussen de os en de ezel en nog een aantal dieren. Een groep herders komt langs (met nog meer dieren) en dan ook nog drie koningen op kamelen (en daarmee is de stal echt vol).
Klaar voor de kerstquiz? Lees misschien eerst even het kerstverhaal bij Lucas. ( lc.2,1-20 ) Het kerstverhaal gaat nét even anders in de Bijbel. Weet jij hoe het zit? Doe de kerstquiz en stuur je antwoorden op met het formulier onder de quiz.
Vraag 1: In welk seizoen werd Jezus geboren?
A. lente
B. zomer
C. herfst
D. winter
E. onbekend
Vraag 2: Hoe reisde Maria naar Bethlehem?
A. Jozef droeg haar
B. ze liep zelf
C. ze zat op een ezel
D. gedragen door engelen
E. Onbekend
Vraag 3: Waarom vonden ze geen plek?
A. alle herbergen zaten vol
B. er was te veel familie van Jozef
C. Herodes jaagde ze op
D. onbekend
Vraag 4: Waar werd Jezus geboren?
A. in een huis
B. in een stal
C. in een kribbe
D. in een grot
E. onbekend
Vraag 5: Hoeveel wijzen uit het oosten waren er?
A. twee
B. drie
C. vier
D. vijf
E. onbekend
Vraag 6: Hoe reisden de wijzen uit het oosten?
A. te voet
B. te paard
C. te kameel
D. onbekend
Vraag 7: Wat was het beroep van de wijzen uit het oosten?
A. astroloog
B. koning
C. wijsgeer
D. onbekend
Vraag 8: Wie kwam er op kraambezoek die eerste nacht?
A. niemand
B. de herders
C. de wijzen uit het oosten
D. de herders én de wijzen uit het oosten
E. onbekend